Trimschema

Omdat de Cesky Fousek een draadharige vacht heeft vallen de dode haren niet vanzelf uit. Deze hebben enige hulp nodig door ze plukje voor plukje met de hand uit te trekken. Als de dode haar eruit is, geeft deze ruimte voor de nieuwe haar om te groeien. Dit uittrekken van dode haren wordt ‘trimmen’ genoemd. Doorgaans heeft de Fousek 2x per jaar een trimbeurt nodig, maar dit wil nog wel eens verschillen per hond. Er zijn ook honden die met 1 trimbeurt per jaar toe kunnen. De vacht is plukrijp als u een klein plukje haar, genomen tussen duim en wijsvinger, met een licht rukje gemakkelijk kunt uittrekken.

U kunt er voor kiezen om de vacht 2x per jaar volledig kort te plukken. Of 4x per jaar de bovenvacht te strippen. Dan wordt de helft van de bovenvacht gelijkmatig geplukt en 3 maanden later de andere helft. Op deze manier ziet de hond er jaar rond ongeveer hetzelfde uit.

Plukvacht
Knippen of scheren is erg slecht voor de vacht. De vacht wordt er te wollig van en de ondervacht verdwijnt hierdoor volledig. Het helemaal niet trimmen van de vacht kan uiteindelijk hetzelfde effect geven als knippen of scheren. De ondervacht is erg belangrijk. Deze houdt de hond warm, onder andere tijdens het zwemmen.

De Cesky fousek is een plukhond, dat wil zeggen dat de haren, met kleine plukjes tegelijk, met de vingers worden uitgetrokken. Zie er dus op toe dat de vacht met de hand geplukt wordt! Vraag aan degene die de hond trimt of u even mag kijken hoe hij of zij te werk gaat. Het is immers uw hond, en dan mag u ook weten wat er met uw hond gebeurt!

Duidelijk klaar voor een plukbeurt

Vachtlagen
De Cesky Fousek heeft 3 vachtlagen.
Een zachte, dichte, ongeveer 1,5 cm lange ondervacht, die de huid tegen vocht en kou beschermt; in de zomer verdwijnt deze vrijwel geheel.
Een bovenvacht, 3-4 cm lang, hard en ruw, is nauw aanliggend.
Een zekere hoeveelheid borstelig haar, 5-7 cm lang, bijzonder recht en grof, vooral op de borst, de rug, de liezen en de schouders.

Kop
De Cesky Fousek hoort duidelijk garnituur te hebben bestaande uit wenkbrauwen, snor en baard. De kop hoort een smalle, lange indruk te geven. Dit valt te bereiken door op de volgende wijze te trimmen. De bovenschedel, wangen en oren worden helemaal glad geplukt. Boven de ogen moet wat borstelig haar blijven zitten, zodat er duidelijke wenkbrauwen zichtbaar blijven. De voorsnuit moet de indruk geven lang te zijn met de welving van een lichte ramsneus. Dit valt te bereiken door de neusrug tussen de ogen glad te trimmen. Trek vervolgens een denkbeeldige lijn van de binnenste ooghoek naar de mondhoek. Het haar wat hier achter valt, dus de wangen, wordt weggeplukt. Bij de onderkaak weer van mondhoek naar mondhoek een denkbeeldige lijn trekken en alles wat hier achter valt in de hals tot even boven het borstbeen wegplukken. Op deze manier ontstaat een duidelijke snor-baardpartij die de hond een markante uitdrukking geeft.

De Cesky Fousek hoort een duidelijk garnituur te hebben, van snor en baard wordt dus niets afgeknipt.
De oren dienen volledig kortgeplukt te worden.

Lichaam
De hals hoort een slanke lange indruk te geven. Deze wordt dus helemaal kort geplukt. Op de voorborst dient wat haar te blijven staan, genoeg om de voorborst te benadrukken. Het lichaam wordt helemaal kort geplukt. Onder de borst, vanaf de ellebogen, mag wat haar blijven staan om de borstdiepte te benadrukken.

Poten
De voorpoten worden glad geplukt, waarbij aan de achterzijde van de poten een klein randje haar als bevedering blijft staan. Ook de achterpoten worden kort geplukt waarbij men op de knieën wat haar kan laten staan, om de hoekingen te verduidelijken. De binnenkant van de achterpoten wordt ook weer kort geplukt. Als de hond hier veel moeite mee heeft, dan mag dit ook met de effileerschaar bijgewerkt worden. Zo nodig rond de geslachtsdelen en op de buik haar wegknippen. De voeten worden zoveel mogelijk kort geplukt, de randjes rond de voetzooltjes mogen geknipt worden.

Staart
De staart wordt kort geplukt. Gecoupeerde honden behoren een stompe staartpunt te hebben.

Trimmen met het oog op tentoonstelling
De Cesky Fousek heeft 3 vachtlagen. Op de tentoonstelling wordt gekeken naar de aanwezigheid van de deze 3 lagen. Trim de bovenste laag met langer borstelig haar dus niet helemaal weg maar laat op de voorborst, schouders, liezen en rug wat haar staan. Als de hond met het oog op een tentoonstelling moet worden getrimd, dan kan dit het beste 6 tot 8 weken van tevoren gebeuren. Deze tijd is nodig om de vacht weer mooi te laten dichtgroeien. Vlak voor de tentoonstelling de hond niet wassen met shampoo. De natuurlijke vetlaag is nodig om de vacht goed te laten vallen en te kunnen beoordelen. Zwemmen is uiteraard geen probleem.

Met dank aan I.J.H. Balvert

Een goed getrimde hond.